Objecten en gebouwen als dragers van de symbolen zonnerad en de zes- en achtpuntige ster.
Voorwerpen als dragers van de tekens
De symbolen met een zonnewiel (cirkel) en ster komen voor op veel voorwerpen. In aanvulling op andere plaatsen op deze site een opsomming:
Adventskrans
- (twijfelachtig, omdat het pas als traditie zou zijn ingevoerd in de 19e eeuw).
Amulet
Apostelkruis of apostelsymbool, wijkruis
Bedstee trapje
Eikenhouten bedstee trapje met initialen en jaartal 1780, met meervoudige zespuntige sterren (foto Haffmans Antiek)
Een achtpuntige ster met een mechaniek waardoor de ster kon draaien tijdens in de Driekoningenoptocht (17e eeuw)
Hagelkruis (hagalaz-rune)
Hangers
Hostie doosje
Een pyxis (doosje om hosties in te bewaren), Limoges Champlevé donkerblauw gemailleerd verguld koper, romaanse stijl, met christelijke symbolen, zoals het kruis en de achtster in een cirkel, Parijs, 12e eeuw (gezien op Tefaf 2012).
- die wordt voortgedreven met een stok (vgl. ook het vuurrad).
Huislook (ook donderblad, donderbaard genoemd)
- "De zwaluwen brengen geluk en waar zij nestelen, slaat de bliksem niet in. Daarvoor bewaart naar het oude volksgeloof ook het huislook, dat als een heuveltje op het kleurig bemoste huisdak ligt. Mag het al inslaan dan blijft het gezin gespaard." meester Hendrik Willem Heuvel (1864-1926) in Oud-Achterhoeksch Boerenleven (1927, blz. 205)
huislook of donderblad (Sempervivum) op een pannendak
Kaasplank (Käse brett)
(1) Käse brett uit Kandersteg, Zwitserland, versierd met 37 zespuntige sterren in cirkel; verm. 19e eeuw (vanwege breuk is er een stuk hout in het midden op gezet); (2) na reconstructie
Kalenders
- (oude Duitse runen boerenkalender, bijv. in Museum van Oldenburg) .
Voorbeeld van runen kalender (Primstav) met zespuntige ster (helemaal links), 1457, Norsk Folkemuseum
Kerstkrans
Het is een oud Christelijk gebruik in Europa om met Kerstmis een kerstkrans aan de deur te hangen, met doel om zegen te krijgen of onheil af te wenden.
Ook in combinatie met de huiszegen die met Driekoningen wordt gegeven (bijv. '20 C + M + B 06'; afkorting van: Christus Mansionem Benedicat 2006) (2e en3e afbeelding).
Kerstster en kerstboompiek.
Ketels
- (bijv. Ketel van Gundestrup).
Zilveren ketel van Gundestrup, 2e eeuw voor Chr.
kinderstoelen.
koek- en gebakvormen, zoals kniepertjes en krakelingen.
Kniepertjes ijzers.
- Volgens oude traditie in Drente, Groningen, Twente en de Gelderse Achterhoek worden er met oud en nieuw knieperties gebakken. Dat zijn hele dunne koekjes en die worden ook wel opgerold (nieuwjaarsrolletjes) om er slagroom in te doen.
- Zo wordt in de Achterhoek het bakken van 'jaarskoeken' - opgerolde warme geruite wafels - altijd begonnen op de Oudejaarsdag. Vermeld wordt een wafelijzer uit 1662 met een afbeelding van de wijzen met een ster. (H. W. Heuvel (1864-1926) in Oud-Achterhoeksch Boerenleven (1927, blz. 492, 497)
- Het bakken van wafels, oublies en de alom bekende kniepertjes was van oorsprong een Paasgebruik. In vele delen van West- Europa begon het nieuwe jaar met Pasen. Ter gelegenheid van dit feest werden al in de 16e eeuw platte koeken gebakken in een met figuren bewerkt wafelijzer. Met de verschuiving van het jaarfeest naar 31 december/ 1 januari verhuisden ook de platte koeken mee en werden ze de traktatie met Oud en Nieuwjaar.
- Op de oudste Nieuwjaarsijzers zien we echter nog vaak de typische Paasafbeeldingen als de kruisiging en het Lam Gods. Later zien we ook afbeeldingen verschijnen die meer bij het einde van het jaar passen evenals de meer wereldse illustraties met planten, boerenwapens etc.
Kniepertjes ijzer (1) met voorstelling Lam gods, 1706; (2) onduidelijke voorstelling met groot schuinkruis en 6 kleine schuinkruizen, 1759; (3) voorstelling met zespuntige ster, 1787; (4) zespuntige ster met 6 tussenfiguren met achtpuntige sterren; (5) kniepertjestang afkomstig uit een vrachtschip vergaan in het tweede kwart van de 19e eeuw op de Zuiderzee. (foto's: collectie Wolfskamp)
- soorten van bros, bij het eten krakend, gebak, in verschillende ronde vormen en uit verschillende grondstoffen vervaardigd.
- In Geraardsbergen is een krakeling een ringvormig broodje met een diameter van 10 cm..
- Vgl. bagel, een rond broodje met een gat erin en lijkt op een donut. De bagel is van oorsprong een Oost-Europees product, dat door joodse immigranten in de Verenigde Staten isgeintroduceerd.
Meiboom (zie Palmpasenstok)
Melkrek of emmerrek
Boven vensteropeningen van melkkelders in Zuid-hollandse zijn vaak met witte of blauwe kalk tekens zoals kruizen op het muurvlak aangebracht, ter bescherming tegen melkbederf door 'de kwade hand' of het ' boze oog' .
Dat gebeurde ook op melk- of emmerrekken.
Melkrek in Staphorst met een achtpuntige ster in zonnerad.
Militaire standaard (labarum)
- met een omkranste Chi-Rho (Christusmonogram, ook wel Christogram genoemd, gebruikt door keizer Constantijn de Grote (280-337).
Munten en penningen.
Oorkonden
- (met ringbroodjes met kruis aan de Palmpaas; dat verdacht veel lijkt op een Romeinse militaire standaard (labarum) en meiboom (palmstock).
- De palmpasenoptocht (palmpasen-processie, Palmezelprocessie) is ontstaan uit een vermenging van een kerkelijk gebruik (de herdenking van de intocht van Jezus in Jeruzalem) en de niet-kerkelijke meiboomviering. Het gebruik van de "palmezel", in bijvoorbeeld Oldenzaal, gaat terug tot in de 13e en 14e eeuw.
- De groene krans die, in horizontale of verticale stand, de meiboom versierde, is terug te vinden in de broodkrans van de palmpaas (palmpasenstok). Het rad in broodvorm (broodrad) kan gezien worden als het zonnewiel (dat vindt men ook in Twente, Duitsland en Zweden terug).
- In Bredevoort bestond in het begin van de twintigste eeuw een palmpasenstok uit een platte sparretak met een broodkrans ertegen. De krans was omgeven met broodvogeltjes en krakelingen. Onder de broodkrans werd een slinger gehangen met pruimen of gedroogde appeltjes.
- "op de toppen moeten vijf zwaantjes, broodvogeltjes met een krentenoogje en een rad - een 'krakeling', zeggen we - omgeeft de takken". "Wij beseffen niet, dat de palmpaasch een verkleinde meiboom is, een vruchtbaarheidssymbool, die met vogel en eieren het nieuwe leven der lente beteekent en dat de zwaan de vogel der godin Frigga was." Aldus meester Hendrik Willem Heuvel (1864-1926) in Oud-Achterhoeksch Boerenleven (1927, blz. 115)
- Andere benamingen voor de broodkrans zijn: rad, wiel of krakeling. Het woord krakeling gold als verwijzing naar het kraken van het brood als men het at.
v.l.n.r.: (1) Romeins soldaat met labarum; (2) grafsteen met Christusmonogram (Chi Rho teken) boven op kruis; (3) opzetten van een meiboom in Hinneryd in Zweden; (4) meiboom met wiel, met pinksteren, vrije school de Hoeksche Waard, (5) Palmpaasoptocht in Drente (6) palmpaas voor meisjes in Rijssen; (7) palmpaas met broodkrans.
Rad van fortuin
- Ontstaan uit het voor-Christelijke zesspakige zonnerad dat geluk of onheil kan brengen, waaraan vrouwe Fortuna draait; later: rad van avontuur, Glücksrad, Wheel of Fortune; vgl ook Carmina burana.
(1) Zonnerad in mozaiek in Pompeii. Het verbeeldt het rad van fortuin en de omkering van geluk. Als het draait kan het je rijk maken (gesymboliseerd door de paarse kleren links) of arm (gesymboliseerd door de geit rechts). Het geeft ook aan hoe broos het leven is. De dood kijkt bij elke leeftijd om het hoekje, en het leven hangt aan een draadje. Als het breekt, dan vliegt de ziel weg (gesymboliseerd door de vlinder), (30 voor Chr. - 14 n. Chr., Naples, Nationaal Archaeologisch Museum; (2) Carmina Burana, Fortuna regeert de 4 stadia in de cirkel van het leven, het wiel van Fortuin (1230); (3) Fortuna en haar wiel in Boccaccio's - De Casibus Virorum Illustrium (Parijs) (1467); (4) Vrouwe fortuna op wereldbol draait rad van fortuin rond en Hendrik VII steekt daar een stokje voor in het rad (1642); (5) het wiel van fortuin in glas in lood (ongedateerd).
Sarcofaag
Christelijke sarcofaag van een kind, twee engelen houden een zespuntige ster in wiel in hun handen, Constantinopel (tweede helft 4e eeuw)
Schaal
Een van de oudste afbeeldingen van het ICHTHUS symbool of zonnewiel in Nederland op zilveren schaal uit 7e eeuw in Oegstgeest is aangetroffen op een unieke zilveren schaal met decoraties uit de eerste helft van de zevende eeuw, die in 2013 in Oegstgeest is opgegraven.(foto links, Universiteit Leiden).
Mogelijk is het symbool daaronder een donderbezem.
Een soortgelijk combinatie is bijv. te zien op smeedijzeren muuranker aan de muur van de Latijnse school in Nijmegen uit 1545. (foto rechts
Interessant is ook bijv. de overeenkomst met de afbeelding op een pyxis (doosje om hosties in te bewaren), Limoges Champlevé donkerblauw gemailleerd verguld koper, romaanse stijl, met christelijke symbolen, zoals het kruis en de achtster in een cirkel, Parijs, 12e eeuw (gezien op Tefaf 2012).
De schaal die mogelijk als drinkbeker of als wasbekken gebruikt werd, heeft een diameter van 21 centimeter en een hoogte van 11 centimeter.
Er staan dier- en plantenfiguren in bladgoud op en het inlegwerk is van goud en rode halfedelstenen. De decoraties wijzen op culturele invloeden uit Duitsland, terwijl de ophangbevestiging van de schaal vooral bekend is uit Engeland en Scandinavië Op de schaal zijn onder meer twee vechtende bokken te zien en een hondje dat erachteraan rent. 'Het doet denken aan een jachtscène', volgens archeoloog Jasper de Bruin van de universiteit Leiden. De schaal is te zien in het Rijksmuseum van Oudheden.
Scheepskist
Detail houten V.O.C. scheepskist uit 1775 van Petrus de Koning (1754-1826), kaptein der Bataafsche lijfwacht dragonder, in dienst van de Verenigde Oost-Indische Compagnie in Indie, met een slecht gelukte poging een achtpuntige ster in de deksel van de scheepskist te kerven.
Sluitsteen
Talisman
Tuugkist
- De tuigkisten, bissekisten, bruidskisten of kledingkisten uit Twente, Achterhoek en het Duitse grensgebied (nordlich Westmunsterland, Bergische Land, Grafschaft Bentheim, Kreis Lingen) worden in de loop van de 17e tot en met de 19e eeuw steeds rijker en overdadiger versierd met Christelijke symbolen zoals zonnerrad, zesster en achtster. Na ca. 1880 raken deze in onbruik.
- Over de 'kleerkist' van de dienstmeid die op het kleine kamertje stond van de deel, schrijft Heuvel: "Een mooie eikenhouten kist, die Jans grootvader al gebruikt had, toen die boerenknecht was; op het voorfront, in vakjes verdeeld, zijn vierkante en cirkelvormige figuren uitgesneden; net onder het deksel vindt men twee bakjes ("inschrien" heet men ze), het eene voor horloge, kerkboek, geldbeurs en zulke kleinnoodien, het andere om er stopgaren, knoopen, enz. te bergen; in de groote ruimte is zijn "tuug". d.i. zijn boven- en ondergoed." Dat waren de mooie kleren die men droeg bij bruiloften en partijen, die ook wel werden aangeduid als "kistentuug".
- Als een dienstbode in mei verhuisde naar een andere boer, werden tuugkisten vervoerd met "kistenwagens". (Oud-Achterhoeksch Boerenleven (1927, blz. 154, 181, 214)
- In Zwitserland geldt bijvoorbeeld bij tuugkisten dat een zonnewiel onder het slot van het front een onheilsafwerend effect heeft.(Tuugkisten in Oost-Nederland, Jans Everhard, Eiynck Andreas, Piepenpott Helmut,1994, blz. 26.)
- De oudste bekende zestiende eeuwse tuugkisten met een zesspakig zonnerad komen uit Oostenrijk, Italie en Duitsland. (de Duitse begrippen zijn: truhe, stollentruhe, Kufentruhe, Sockeltruhe). Enkele voorbeelden:
(1) Gotische Stollentruhe met drie zesterren in zonnewiel en een wervelend zonnerad, uit Arvenholz, Engadin, Zwitersland, omstreeks 1500; (2) detail Ötztaler Sockeltruhe met achtspakig zonnerad, Tirol Oostenrijk, 1587 (3 ) Vintschauer Seitstolentruhe, SüdTirol, Italie, ca. 1600; (4) Lüneburger stollenltruhe met schuinkruis, midden 15e eeuw.
Een voorbeeld van een tuugkist of bruidskist uit Overijssel, met zespuntige sterren geplaatst tussen een schuinkruis, en een schuinkruis op het smeedijzeren slot, ongedateerd.
Zie voor een voorbeeld van de beschrijving van de inhoud van een tuugkist uit Bredevoort, volgens een testament van 1619.
Vuurkrans, joelrad, Feuerrad, Osterrad, fireworks), een brandend zonnerad (tijdens het Joelfeest.
De zes- en achtpuntige ster en het zes- en achtspakige zonnerad zijn karakteristiek voor de heraldiek in de Germaanse landen.
Afgebeeld gemeentewapens Heusden (foto links) en Ommen (foto rechts).
Watervaten.
- Kenmerkend patroon voor deze wanten zijn: "De achtpuntige ster in de originele kleuren blauw en wit. Bekend is o.a. de voormalige Grolse wanten fabriek firma Heimans in de Kevelderstraat in Groenlo.
- Ze worden zeker al vanaf de tweede helft van de 19e eeuw gebreid door herders die rond Groenlo hun schapen hoedden. H. W. Heuvel (1864-1926) meldt dat hij als kind (dus ca. 1870) 'Grolsche wantjes' met Sinterklaas cadeau kreeg.
Wiegen
Zonnewijzer
Gebouwen als dragers van tekens
Veel voorkomende locaties voor de symbolen op gebouwen waren:
Bovenlichten van ramen en deuren in huizen
Daken
- wolfseinden op daken, figuren op pannendaken.
Gevelstekens kun je aantreffen op traditionele boerderijen in Twente, Salland en de Gelderse Achterhoek.
Geveltekens zijn de houten versieringen op de top van een puntgevel.
De geveltopbekroning heet in Twente 'geest' en is de praktijk vaak gemaakt van een plank van ca. 20 cm. bij 1,0-1,4 mtr.
Grafstenen
Luiken
Symbolen werden op luiken en geplaats om geen last te krijgen van de nachtmare (nachtmerrie). De nachtmare was een spookverschijning waarvan men meende dat die mensen in de slaap kwelde, en voor wie men doodsbang was. Deze boze geest of nachtelijke kwelduivel kon door ramen of zelfs sleutelgaten het huis binnenkomen. Vandaar dat men met name op muren en bovenramen van huizen de schuinkruisen en zonneraderen als afweerteken aantreft .
Figuren op pannedaken
Ramen van Gotische kerken met radvenster of roosvenster
- Een cirkelvormig raam, dat centraal door staven is opgedeeld, als spaken in een wiel of rad (later – niet meer als symbool begrepen - ook genoemd een rozet met zes of acht of veel meer bladeren).
Ramen van huizen met zonnerad (wheel window).
Sluitsteen in kerken.
Smidstekens op schootankers resp. gevelankers (zie ook muurankers)
- kruisankers zijn muurankers in de vorm van een kruis.
- De oudste ankers komen voor vanaf de 13e eeuw. Vanaf ongeveer 1600 werd het mogelijk in het halfafgekoelde ijzer met een beitel strepen of kerven te hakken.
- Het schuinkruis (Andreaskruis) is het meest voorkomende algemene teken dat werd gebruikt. Deze tekens komen in heel Gelderland en de rest van Nederland voor op schootankers van smeedijzer. Daarnaast komen ook voor de donderbezem en de zespuntige ster.
- Een smeedijzeren schootanker bestaat meestal uit een ‘schieter’, een verticale staaf met een vierkante doorsnede, die door het vierkante oog van een ‘veer’, een horizontale staaf wordt gestoken.
- Deze motieven kom ook terug op geveltekens en luiken in Twente en de Achterhoek. O.a. op de stiepel van het loshoes De Stroet uit Harreveld bij Lichtenvoorde.
Voorbeelden van zeer veel voorkomende smidstekens op vroeg 18e eeuwse muurankers: met donderbezem, met zespuntige ster, met schuinkruis, veelal met en een of twee strepen erboven en eronder.
(1) Muuranker met donderbezem; (2) met zespuntige ster; (3) met schuinkruis, nu vaak aangeduid als zandloper motief. (4) gestilleerde motieven van het schuinkruis op schootankers.
Stiepelkens bij boerderijen
(zie ook bij geveltekens)
Stiepeltekens of middelers kun je aantreffen op traditionele boerderijen in Twente, Salland en de Gelderse Achterhoek. De stiepeltekens zijn te vinden op de paal tussen de grote inrijdeuren van de stal.
"Een bezem... is een afweermiddel tegen booze invloeden. In 't Westfaalsche ziet men wel een 'donderbezem" afgebeeld in de steenen naast de 'niendure' of in den stiepel. In zoo'n stiepel, door ons middeler of middeldure genoemd, ziet men hier steeds een figuurtje uitgesneden, dat veel overeenkomsten heeft met een zandlooper. Dit 'runenschrift' werd zeker ook afwerende kracht toegekend." Meester Hendrik Willem Heuvel (1864-1926) in Oud-Achterhoeksch Boerenleven (1927, blz. 433-434)
Stalramen
- Vanaf de zestiende eeuw worden er al ramen van gietijzer gemaakt. Stalramen komen in allerlei vormen voor. Vermoedelijk grijpen de 19e een 20e eeuwse stalramen terug op oude voorbeelden. Op het platteland houden tradities in vorm lang stand, terwijl de oorspronkelijke betekenis al lang is vergeten.
- De volgende type gietijzeren stalramen zijn vermoedelijk oorspronkelijk gebaseeerd op het zonnerad:
Stalramen in de vorm van: (1) zesspakig zonnerad; (2) vierspakig zonnerad (schuinkruis in zonnewiel) (3) half achtspakig zonnerad; (4) half zesspakig zonnerad; (5) viervaks raam met half zesspakig zonnerad; (6) zesvaksraam met half achtspakig zonnerad; (7) viervaks raam met zonnewiel op schuinkruis (spinnekop); (8) stalraam met half achtspakig zonnerad uit 1617.
Veldkeienvloer (ook keitjesvloer of keitjesstoep), bij oude boerderijen.
- In Lichtenvoorde, op het terrein van het oude Huis Tongerlo, aan de voorzijde van een boerderij (gebouwd na 1907) lag een straatje met witte veldkeitjes (afgebroken in 2003). Bij de voordeur was in de bestrating een patroon met een zwarte zespuntige ster gelegd. En het rondje in het midden van de ster was met rode veldkeitjes gevuld. Keitjesstoepen met keisteentjes in de vorm van de zespuntige ster mozaiek komen ook voor in bijv. Elburg en Nuspeet.
- In of om een aantal boerderijen rondom Groenlo is bestraat met veldkeitjes, met daarin een zonnerad of zespuntige ster (ca 1846) van veldkeien. Bekend zijn: Boerderij Ovink Nijhuus, in Aalten, met keitjesvloer uit 1790 (geen foto).
- Keitjesvloer in Keunenhuis in Winterswijk, buurt Woold
- De woonkamer in de boerderij aan de Meekesweg 4a te Vragender, heeft ook een authentieke keitjesvloer waarin verwerkt een zonnerad (soms ook niet begrepen beschreven als: “een bloem in een rad”. (Geen foto). En voorts:
(1) fragment keitjesvloer Lichtenvoorde, naast boerderij Tongerlo (vroeg 20e eeuw) (foto familie Wamelink, Lichtenvoorde 2003); (2) Boerderij Berkelland (foto H. Odink, Eibergen, 19e eeuw), met keitjesvloer, meerdere zespuntige sterren en in het midden een zespuntige ster omringd door 12 bollen; (3) Keitjesstoep (keistoep) in Elburg met achtpuntige ster voor de voordeur; (4) Boerderij Roeterink in Eibergen, met keitjesvloer met een schuinkruis motief, met daaromheen "G.S. IBD 1864, XSOH". bron: Beeldbank Erfgoedcentrum Achterhoek en Liemers; (5) Keitjesvloer van Klein Tank in Vragender, Lichtenvoorde, met een zespuntige ster omringd door twaalf bollen, nu in Museumboerderij De Lebbenbrugge, in Borculo, Volgens de auteur te interpreteren als Jezus (zesster) en de twaalf apostelen (12 cirkels) (foto in Everhard Jans e.a., Oude boerderijen in Achterhoek in Achterhoek en Liemers (Enschede 1983) blz. 57 (Wim Scholtz, 'Tekens, symbolen, ornamenten'), ald. 76.)
Literatuur:
Over de vloer. Met voeten getreden erfgoed, 2008, Eloy F. Koldeweij. (bespreekt keitjesvloeren Sinderen in Wisch, boerderij Ovinkveld te Dinxperlo, Geesteren, Gelselaar, Winterswijk, Beerze bij Ommen, Drente, en in hunnebedden).
Het zwerfstenengebied van Groenlo, J.A.W. Banning, in: Publicatie van de Nederlandse Geologische Vereniging, vol. 1 (1947), p. 47-49
Wolfseinden op daken.
bijgewerkt: feb. 2013